Materiaalpech voor de eerste keer in mijn tweejarige zwemfietsloopbaan!
Men zegt wel dat ik van geluk mag spreken dat dit nog maar één keer is voorgevallen (en dan nog zonder lichamelijke letsels) maar het is toch wel een zeer slechte timing! Na het zwemmen, roept Stijn dat ik een minuutje achter het groepje ben waarmee ik wou fietsen. Ik begin te trappen, en voel slechte benen, ik denk dat het wel zal beteren, en ik blijf trappen, harder, ik zie dat ik niet boven de 28km/uur ga en trap nog harder. Ik weet niet wat er aan de hand is. Er klopt echt iets niet. Ik beslis om nog even door te gaan, maar na 7 km beslis ik te stoppen. Aan amper 25km/uur een BK triatlon verder zetten heeft geen zin! Ik stap af, hijg even uit (hemeltje, ik ben echt echt kapot) en begin te stappen… Mijn wiel krijgt onmiddellijk mijn aandacht want ik voel dat het sleept. Ik zie meteen waardoor ik niet vooruit geraakte en ik me door iedereen liet bij benen. Mijn linker achterremblokje staat op mijn velg geplakt… Zonder technische capaciteiten en zonder aarzeling, trek ik mijn rem open. Ik spring op mijn fiets en begin opnieuw te trappen. Meteen zie ik 37 op de teller staan! Zo hoort het. Ik bol goed, maar weet dat het game over is. Ik word voortdurend tussen een gevoel van ‘blijven gaan’ en ‘eigenlijk is het BK afgelopen voor mij’ geslingerd. Ik wil toch niet ophouden, ook al weet ik dat de confrontatie met mijn plaats pijn zal doen. Ik probeer Stijn te zoeken tussen het publiek. Rijen mensen flitsen voorbij, maar geen Stijn en kids te zien of te horen en ik maak me toch wel wat zorgen. Hij zou van de zwemstart met de bus hierheen komen en zou hier toch al moeten zijn! Ik wissel vlot en hoewel ik me bij het loopnummer normaalgezien helemaal in mijn sas voel, heb ik weinig zin. Ik por mezelf aan en begin aan mijn vier looprondes. Ik haal na een halve ronde Jolien in en stel haar gerust dat ik een toer achter ben… Nog steeds geen Stijn met kids te zien… Raar. Ik heb er vertrouwen in dat alles ok is. Even verder zie ik Tom (Tanghe). Hij loopt even met me mee en laat me weten dat Stijn en nog vele anderen nog steeds op de bus staan te wachten. Te weinig bussen voor te veel volk, zonde! Ik probeer toch te genieten van het mooie decor. Ontgoocheling, maar tegelijk ook blijdschap omdat ik de wedstrijd heb uitgedaan, overvallen me bij de aankomst. Balen, want ik had echt wel goeie benen en een top vijf plaats of zelfs podium zat er zeker in. What doesn’t kill you, makes you stronger!
Lieselot Bossuyt